Voetbal is niet makkelijk voor leken. Positiebuitenspel, rabona, scheidsrechtersbal, schwalbe, … Heel wat gekke termen die je zou moeten begrijpen om het spelletje beter te snappen. Social media is niet anders, hier is een inleiding tot het jargon om je favoriete spelletje beter te snappen:

 

ATL (Above the line): Verzamelnaam voor heel breed gerichte reclame. Denk aan advertenties op billboards, tv, radio, krant.

A/B-test: Twee even grote en gelijkaardige groepen een boodschap A & B voorschotelen. Op die manier gaan testen welke de meeste impact had. Denk aan vijftig mensen die je een flesje cola en vijftig mensen die je een flesje fanta geeft. Zo kan je gaan testen welk drankje het lekkerst is.

BTL (Below the line): Heel doelgerichte reclame. Denk aan gepersonaliseerde nieuwsbrieven & direct marketing.

CC (Content calendar). Een kalender waarin je de posts voor de komende maand verzamelt. Moet daarom nog niet heel uit- of afgewerkt zijn, maar wel een duidelijke leidraad voor wat je die maand zal posten. Sommige klanten vragen wel een perfect afgewerkt product.

CPC (Cost per click): De effectieve kost per surfer die op je advertentie klikt.

CPM (Cost per mille): Het totale budget dat nodig is om 1000 mensen online te bereiken met je boodschap.

CTA (Call to action): Het concrete resultaat dat je verwacht van je online post. “Tag een vriend”, “reageer hieronder”, “surf naar puntjepuntjepuntje.be”.

Content: Alles wat je maakt (of bij elkaar sprokkelt) voor je online kanalen. Een straffe foto, video of een doordachte blog, allemaal content.

Conversion: Het moment waarop je surfer overgaat tot actie. Stel dat de bedoeling van je foto was om iemand te laten doorklikken naar je website en wat te bestellen, heb je je conversie van zodra hij/zij dat effectief doet.

Dark post: Specifieke advertentie op Facebook die bij de gemiddelde fan van je pagina niet in de feed terechtkomt. Stel, je hebt een bakkerij en wil enkel mensen die bruin brood lusten aanspreken, dan kan je voor hen zo’n dark post maken. Mensen die interesse hebben in wit brood of koffiekoeken, gaan je dark post nooit te zien krijgen.

Deep link: Je surfer doorverwijzen naar een specifieke pagina van je site, niet naar de homepage. In plaats van homepage.be link je naar homepage.be/contact

Elevator pitch: Verkoop je idee of jezelf in een ultrakorte tijdspanne, de tijd die een lift nodig heeft om van beneden naar boven te gaan. (of omgekeerd).

Engagement: De online interactie tussen je (potentiële) klant en je merk. Denk aan een comment op een instagramfoto.

Growth hacking: De soms minder koosjere truuken van de foor gebruiken om snel aan heel veel volgers, likes, clicks te raken

Influencer/influential: De Joy Anna Thielemansen van deze wereld. Mensen met een relevant online bereik die kunnen helpen om je product of merk te ondersteunen met eigen conten. Kies voor geloofwaardige mensen, je wil niet iemand met een Leopold II-baard die zegt dat Gilettescheermesjes de shit zijn.

Key Performance Indicator (KPI): De op voorhand vastgelegde doelstellingen van je organisatie. Halen of je krijgt je C4.

Native (content): Er is een verschil tussen een linkje vanop Youtube op Facebook plaatsen, of het filmpje rechtstreeks uploaden. Doe je dat op de laatste manier (native), ga je veel betere resultaten halen (omdat je Facebook rechtstreeks je content geeft).

(Buyer) persona: Je verschillende doelgroepen, maar dan geprojecteerd op één (fictief) persoon. “Wat kunnen we vandaag maken voor Mariette, 64, gepensioneerd, en gefascineerd door keeshondjes?”

Power Editor: Tool van Facebook om meerdere ads & campagnes sneller te beheren/bewerken.

Retargeting: Mensen die op je website op zoek gaan naar een leiband voor hun dwergkonijn, maar niets kopen, met een gerichte advertentie op pakweg facebook opnieuw laten dromen van een leiband voor hun dwergkonijn.

Reach: Het effectieve bereik van je post. Je kan 100 vrienden hebben, vijftig ervan een kerstkaartje sturen en maar veertig die hun brievenbus effectief openen. Op dat moment is je reach veertig. Zelfde gaat op voor je facebookpagina, niet alle 30.000 facebookfans krijgen je update te zien, dat aantal ligt vaak veel lager.

Search Engine Advertising (SEA): Adverteren in de zoekresultaten van Google en andere zoekmachines.

Search Engine Optimization (SEO): Je website volledig tunen zodat hij bij Google en andere zoekmachines hoger in de resultaten komt te staan.

ROI (Return on investment): Het resultaat van je geïnvesteerde tijd, geld, marketingbudget. Stel, je hebt een koe gekocht voor 100 euro, en de koe geeft 1 liter melk per dag, dan is de ROI van de koe 365 liter melk per jaar (366 liter in schrikkeljaar).

Top Topical: Elke gebeurtenis die voor veel mensen online belangrijk kan zijn én waar je met je merk of product leuk op (zou kunnen – niet verplicht) inspelen. Dit kan gaan van Kerstmis tot moederdag, maar ook bijvoorbeeld een wedstrijd van de Rode Duivels of de finale van Eurosong.

User Generated Content: Alles wat jouw klanten/fans maken. Stel dat je hen vraagt om foto’s op Instagram te posten met een bepaalde hashtag, dan zijn die prentjes User Generated Content.

Heb je zelf nog aanvullingen? Laat het ons weten in de comments!